Cijfers en oorzaken
Regelmatig klinkt de kreet: “Nederland is vol”. Dit is niet nieuw. In de jaren 50 vond het kabinet Drees al dat Nederland met 10 miljoen inwoners eigenlijk vol genoeg was. Op dat moment werd de omvang van de bevolking voor het jaar 1980 geraamd op 12 miljoen (uiteindelijk: veertien miljoen). In 1970 werd de prognose voor 2000 gemaakt, welke uitkwam op 20 miljoen (het werden er 16,5 miljoen). Wim Derks (UM) publiceerde in 1997 een prognose voor Limburg van 1.160.000 in 2007, daarna zou een daling inzetten. Limburg zou haar top wat inwoneraantal betreft echter al in 2002 bereiken met 1.142.000 inwoners. Op 1 januari 2007 bedraagt het aantal inwoners in Limburg 1.127.800. Kortom, voorspellingen zijn belangrijk en nuttig, maar vragen om permanente bijstelling. In dit artikel meer cijfermateriaal, prognoses en oorzaken van deze ontwikkelingen. Belangrijkste leverancier van het cijfermateriaal is het CBS, maar ook op andere websites, zoals van het ministerie van VROM en www.bevolkingsdaling.nl zijn prognoses te vinden.
Nederland/Limburg
De huidige prognoses gaan uit van een Nederlandse bevolkingsomvang van 17 miljoen in 2035. De bevolking van Limburg zal dan met nog eens 130.000 gedaald zijn tot ca. 1 miljoen. De regio Parkstad neemt een groot deel van de afname voor haar rekening. (met 45.000 tot 200.000 inwoners).
Prognose in Europa
Er zijn meer landen in Europa die al met bevolkingskrimp te maken hebben of krijgen, zoals Duitsland (-2,5 miljoen), Italië en Polen (elk -2 miljoen) en Letland en Litouwen (elk -300.000). Stijgers zijn er ook, zoals Engeland en Frankrijk (elk +5 miljoen), Spanje (+3 miljoen) en Ierland (+1 miljoen). De huidige EU landen hebben nu tezamen 459 miljoen inwoners. Dit aantal zal tot 2030 stijgen naar 470 miljoen om vervolgens te dalen naar 450 miljoen in 2050.
Wereldbevolking
De wereldbevolking zal vermoedelijk stijgen tot 8 miljard. Japan en de Russische Federatie behoren tot de dalers (-3 resp. -14 miljoen). De groei in India en Afrika is enorm.
VS | + 8 miljoen (3%) | Turkije | + 10 miljoen |
China | + 21 miljoen (1,6%) | India | + 200 miljoen (18%) |
Afrika | + 450 miljoen | Brazilië | + 40 miljoen |
Daling in Parkstad, maar ook in Zuid Holland
We zijn gewend geraakt aan een constante groei in velerlei opzichten. Hieraan komt een einde. In Parkstad is de bevolking sinds 1997 dalende. Ook Zuid Holland maakte in 2006 verrassend een eerste bevolkingsdaling mee van 5.000 personen. Na Limburg zal Zeeland als eerste met krimp te maken krijgen. De bevolkingsdaling zal een grote sociale en economische impact hebben. De invloed is reeds merkbaar in het onderwijs, omdat het aantal leerlingen daalt. De woningmarkt krijgt ermee te maken, omdat de woningvoorraad nauwelijks meer hoeft te groeien en de woonlasten per bewoner zullen stijgen. Maar vooral ook de arbeidsmarkt zal er door beïnvloed worden. Naast daling is namelijk ook sprake van een sterke vergrijzing. De beroepsbevolking zal in 30 jaar met meer dan 25% dalen.
Minder geboorte, oorzaak nummer 1
De allerbelangrijkste oorzaak is de afname van het aantal geboorten: Lag dit cijfer voor Limburg in 1985 nog op 12.300, in 2005 is dat aantal gedaald tot minder dan 10.000
(Parkstad van 2.800 naar 1.800). Om qua bevolking op peil te blijven, zou elke vrouw gemiddeld 2,1 kind moeten baren. Dat aantal ligt echter op 1,7 en daalt nog iets tot 1,6. Het is niet moeilijk te berekenen dat de bevolking bij een gelijkblijvend geboortecijfer per generatie met 20% afneemt. Als dit cijfer zo laag blijft en migratie geen rol speelt, dan zal Limburg in 2056 nog 800.000 inwoners tellen en aan het eind van deze eeuw nog slechts 600.000.
Aantal huishoudens 2005-2025
De lage geboortevoet zorgt er mede voor dat de gezinsgrootte fors afneemt. Limburg kent van alle provincies het kleinste aantal huishoudens met 3 of meer kinderen (12% tegenover 16% landelijk). Tevens daalt de gemiddelde gezinsgrootte doordat het aantal eenpersoons huishoudens toeneemt. In de meeste regio’s van Limburg zal het aantal huishoudens voorlopig nog stijgen, om vervolgens te dalen tot ca. 500.000 in 2025 (thans 493.000). In Parkstad is echter, naast de sterke daling van de bevolking, de daling het aantal huishoudens al ingezet. In deze regio dienen nieuwbouwplannen dan ook voornamelijk ter vervanging van bestaande woningen. Meer kwaliteit en beter geschikt voor het groeiend aantal senioren.
Migratie
We baseren ons natuurlijk wel op de huidige prognoses van geboorte, sterfte en migratie. Vooral die laatste is een belangrijk factor. Wordt de fors dalende (beroeps) bevolking aangevuld met (arbeids)migranten vanuit de overvolle Randstad of het buitenland? Heeft (Zuid)Limburg nog groeikansen? Hiervoor zijn economische ontwikkelingen elders in Nederland en de wereld van belang. Geboortecijfers zijn redelijk voorspelbaar en de beroepsbevolking van na 2035 is deels reeds geboren. De gemiddelde leeftijd loopt nog iets op, maar die groei nadert haar einde. De meest onzekere factor is de migratie. In 2006 vertrokken uit Nederland 130.000 personen tegenover een immigratie van 100.000. Vanaf het moment dat kopers van woningen in België en Duitsland eveneens belastingaftrek vanwege hypotheekrente genieten zijn extra verhuizingen vanuit Limburg op gang gekomen. Zullen klimaatsveranderingen de migratie nog gaan beïnvloeden?
Acceptatie / verzet en gevolgen
Bevolkingsdaling hoeft geen probleem te zijn, mits deze tijdig wordt onderkend en geaccepteerd. De natuurlijke ontwikkeling kan nauwelijks worden gestuurd, ook al zal een goede economische structuur en een positief consumentenvertrouwen van invloed zijn op het geboortecijfer. Als de huidige trend zich voortzet zullen er minder leerlingen op scholen zijn en er zullen minder huizen, winkels en kantoren nodig zijn. Het aantal files kan afnemen en er ontstaat meer ruimte voor groen, natuur en rust. Er zal minder werkgelegenheid in diverse sectoren zijn door afnemende economische activiteiten, behoudens zorg en eventueel toerisme. De verhoogde aantrekkelijkheid kan Limburg extra bewoners van elders opleveren.
Visie en beleid
Bovenstaande ontwikkelingen vragen om een duidelijke integrale visie en een krachtig beleid. Zowel overheid als maatschappelijke organisaties zullen hier samen aan moeten werken en dienen te zorgen voor een duidelijke communicatie met de burger.