In de vakantieperiode maakt de Nederlandse woningmarkt traditioneel een rustige periode door. De bouw ligt geheel “plat” evenals de meeste politieke activiteiten. Makelaarskantoren draaien op halve kracht en moeten het hebben van de mensen die juist de vakantieperiode gebruiken om op zoek te gaan naar een andere woning. Het grootste deel van Nederland is namelijk met vakantie en verblijft op boot en camping of in meer luxere omgevingen zoals vakantieparken en resorts. Voor zover het om het gebruik van vakantiewoningen gaat, beleeft dit marktsegment natuurlijk haar topseizoen. De massa kiest voor huur, maar een respectabel deel van de Nederlandse bevolking beschikt over een tweede woning. De tweede woning, in binnen- of buitenland, valt onder de luxe goederen en is zeer afhankelijk van het economisch tij. Eind jaren negentig was het bijvoorbeeld heel gemakkelijk de tweede woning te financieren via de overwaarde op de eigen woning. Na 2000 zien we de Nederlandse banken ook actief worden in het financieren van de tweede woning in het buitenland.
Volgens cijfers van het CBS staan er een kleine honderdduizend recreatiewoningen in Nederland. Hoeveel Nederlanders een “tweede eigen huis” hebben is niet precies bekend, maar dat zullen er zeker enkele honderdduizenden zijn. Dat vele huishoudens hierover dromen blijkt wel uit de belangstelling voor beurzen, websites en magazines over dit onderwerp. Meerdere televisieprogramma’s, die laten zien hoe het de mensen in het buitenland vergaat, houden de droom levend. Tijdens je vakantie verliefd raken op zo’n idyllisch gelegen stulpje ergens ter wereld is dan ook niet zo vreemd. Eerlijk gezegd kan ik het zelf ook niet laten om tijdens mijn vakantie in de etalages van buitenlandse collega’s te kijken. Ook ben ik ooit vol overgave meegegaan met een gratis rondtour en voorlichtingsmeeting over de verkoop van vakantiewoningen via risicovolle timesharing, een gezonde vorm van beroepsdeformatie zullen we maar zeggen.
Dat de aanschaf van de eerste eigen woning in eigen land al om de nodige kennis en ervaring cq de inschakeling van een eigen adviseur vraagt, spreekt voor zich. Het is vrijwel ondenkbaar om veilig de koop van een tweede woning in het buitenland te realiseren, zonder gebruik te maken van een plaatselijk bekende en betrouwbare deskundige. Naast het eigen vakantiegenot spelen juridische verschillen, beleggingsfactoren en fiscale aspecten een grote rol. De redelijk transparante regelgeving en belangenbehartiging van consumentenorganisaties zoals in ons land aanwezig, is in het buitenland vaak ver te zoeken of voor de buitenlander niet bereikbaar. Een succesvolle zoektocht naar een tweede woning kan mijns inziens alleen maar beginnen met het vinden van die ene betrouwbare partner, hetgeen regelmatig geen sinecure zal blijken te zijn.