Limburg als goedkoopste woonprovincie

Over de gemiddelde woningprijs is altijd veel te doen. Wat zeggen de cijfers en kunnen we er verregaande conclusies aan verbinden? Op de eerste plaats is het zo, dat er telkens andere woningen worden verkocht. Soms meer goedkopere appartementen, dan weer meer duurdere vrijstaande woningen. Een exacte vergelijking is dus niet mogelijk. Tussendoor wordt er driftig aan woningen verbouwd en verbeterd, terwijl de kwaliteit van de recentere gebouwde woningen over het algemeen eveneens prijsverhogend werkt. Dan hebben we te maken met inflatie, die de woningprijzen ogenschijnlijk vanzelfsprekend laat stijgen. Laten we aannemen dat alle hiervoor genoemde ontwikkelingen zich over het gehele land gelijkmatig hebben voorgedaan. Dan zijn er echter ook verschillen. De economische ontwikkelingen verschillen zeker wel per provincie of landsdeel. De werkgelegenheid en inkomensontwikkeling verlopen niet overal langs dezelfde lijn, de Randstad trekt hierbij zeker aan het langste eind. En dan de demografische ontwikkelingen niet te vergeten. De groei van bevolking en huishoudens in de Randstad staat haaks op de ontwikkelingen in de landelijke provincies. Daar waar in Amsterdam niet bewoonde tweede woningen lijken te worden gevorderd voor verhuur, staan in andere gebieden woningen leeg.  Ondanks verschillen en overeenkomsten mag je, zeker over een langere termijn gezien, wel degelijk conclusies verbinden aan verschillen in de prijsontwikkelingen.

In Nederland kost een bestaande koopwoning momenteel gemiddeld € 240.000. In de provinciale ranking staat Limburg op dit moment met € 194.000 op de voorlaatste plaats. Limburg kan momenteel alleen de provincie Groningen met € 178.000 achter zich laten. Dat was wel eens anders. In 1993, het jaar dat het Kadaster begon met het publiceren van data, stond Limburg fier op een vijfde plaats, na Utrecht, Noord Holland, Gelderland en Noord Brabant.  In 2001 werd plaats zeven nog bezet. Tussen 2007 en 2009 kon Limburg zich lange tijd handhaven op plaats negen, Zeeland, Friesland en Groningen sloten de rij. Inmiddels is Zeeland  Limburg al voorbijgestreefd en wordt een nek-aan-nek race gestreden met Friesland. Groningen staat nog wel op gepaste afstand, maar loopt steeds verder in. Limburg kan de landelijke ontwikkelingen dus niet volgen, hetgeen zeker te maken zal hebben met de economische ontwikkeling en enkele krimpregio’s zoals Parkstad. Een huis in Limburg wordt daardoor wel steeds beter betaalbaar voor de buitenstaander uit de overvolle en dure woonregio’s. En dat biedt juist kansen om Limburg ook als financieel aantrekkelijk woongebied te vermarkten.