Bodem woningmarkt bereikt?

Alhoewel de NVM cijfers over het derde kwartaal en het kadasterbericht over september niet onverdeeld positief waren, lijkt het dieptepunt in de Nederlandse woningmarkt toch te zijn bereikt. Ten opzichte van de eerste 9 maanden van 2009 is de gemiddelde prijs die kopers voor een woning betalen met 1% gestegen tot ruim € 240.000. De stijging kan ondermeer worden verklaard door een hoger verkoopvolume van de vrijstaande huizen. In dit segment steeg het aantal verkopen met 5% tegenover 1,4% over de gehele linie. De verkoop van nieuwbouwwoningen neemt eveneens lichtjes toe. In Limburg ligt de woningprijs met € 195.500 nog wel bijna 1% beneden het niveau van 2009, terwijl ook het aantal verkopen met -2,3% achter blijft bij de rest van Nederland.

Factoren die voor een blijvend stabiele markt kunnen zorgen zijn de lage hypotheekrente, het licht toegenomen consumentenvertrouwen en de steeds luidere berichten over de economie, die langzaam maar zeker uit het dal kruipt. Een aantal partijen noemt bovendien het feit dat de nieuwe regering de woningmarkt met rust zal laten, wat de hypotheekrenteaftrek betreft, een positief element. Of dit zo is, zal moeten blijken. De consument lijkt mij niet achterlijk en zal zich zeker wel realiseren dat het meer om een schijnzekerheid gaat, over enkele jaren zal immers de discussie over dit thema opnieuw losbarsten.

Voordat de woningmarkt echt forse stappen vooruit kan maken, zullen de economie en het consumentenvertrouwen over een langere periode een positieve ontwikkeling moeten laten zien. Minpunten zijn er ook. De gemeentelijke lasten en energiekosten stijgen harder dan de inflatie en dit blijft een punt van zorg. Bovendien zal in sommige regio’s in Nederland en Limburg de vraag afnemen als gevolg van de daling van het aantal huishoudens. Een belangrijke indicator voor een goed functionerende woningmarkt is de vraag- en aanbodverhouding. Zodra er meer woningen te koop staan dan er op jaarbasis worden verkocht, is sprake van een kopersmarkt. Het aanbod is momenteel 1,5 maal groter dan het aantal transacties, zodat het ongeveer 18 maanden duurt om alle te koop staande woningen te verkopen, vraag- en aanbod zijn dus nog behoorlijk in onbalans. Om hier een einde aan te maken is een impuls nodig van de overheid, bijvoorbeeld door de overdrachtsbelasting af te schaffen. Iedereen is er wel van overtuigd dat de overdrachtsbelasting een ernstige belemmering vormt voor de doorstroming in de koop- en huurmarkt, de arbeidsmarkt en de groei van de economie als geheel. Zolang stimuleringmaatregelen uitblijven zal het nog wel een beetje aanmodderen blijven op de woningmarkt.

Leo van de Pas, makelaar en woningmarktdeskundige te Heerlen.